Al de gedichten op deze pagina zijn door
mij geschreven
en mijn eigendom.
Niets van deze pagina mag dan
ook gekopieëerd worden, mits met mijn toestemming.
Verlangen.
Een hart vol verlangen
een hart vol van verdriet.
In jouw net gevangen
Pijn toen je me achterliet.
Nooit zal het meer hetzelfde zijn
Nooit meer liefde, alleen die pijn.
®Desertflower
DROOM.
Telkens in mijn dromen
zie ik jouw gezicht.
Ben je teruggekomen
en opnieuw voor mij gezwicht?
We dansen samen naar de zon
en we weten hoe het eens begon.
Niemand voelt mijn pijn en ik
zou willen dat je nu bij mij kon zijn.
Misschien kom ik je ooit weer tegen
en kunnen we weer samen leven.
®Desertflower
Nacht.
Het is hier stil vannacht,
ik kan niet slapen, ik wacht.
De uren kruipen langzaam voorbij
waarom ben je niet bij mij?
Ik kijk naar de maan
Straks breekt weer de morgen aan.
Hoe lang gaat dit nog duren,
ik wacht nu al uren.
Wanneer kom jij?
®Desertflower
Hart!
Een hart vol verlangen
Een hart vol verdriet.
In jouw net gevangen
Pijn toen je me achterliet.
Nooit zal het meer hetzelfde zijn
Nooit meer liefde, alleen de pijn.
Droom!
Telkens in mijn dromen,
zie ik jouw gezicht.
Ben je teruggekomen en
opnieuw voor mij gezwicht?
We dansen samen naar de zon
en weten hoe het eens begon.
Niemand voelt mijn pijn en zou
willen dat je bij me kon zijn.
Misschien dat je eens terug komt
naar mij, ik wil alleen leven met
jou aan mijn zij.
NACHT!
Het is hier stil vannacht, ik kan niet slapen,
ik wacht.
De uren kruipen langzaam voorbij,
waarom ben je niet bij mij?
Ik kijk naar de maan, straks breekt de
morgen weer aan.
Hoelang gaat dit nog duren?
Ik wacht nu al uren.
Wanneer kom jij?
"Strand"
Wandelend
langs het strand, voel ik de warmte van het mulle zand. Kijkend naar de horizon, denkend aan jou, die mijn
hartje won. Geluid van de golven, ze zingen een lied, fluisteren jouw naam en ik geniet. Maar ook doet het
pijn, dat je niet bij me kan zijn. Ik voel de wind zachtjes langs mijn blote lichaam gaan, ik smeek de wind,
neem me mee en noem in stilte jouw naam. Ik voel opeens een traan, glijdt op mijn hand, valt er af, zo in het
warme zand.
"Sterrenlicht"
's Avonds als het donker is kijk ik heel vaak
naar de sterren. Ze stralen, ik zie ze al van verre. Eén ervan geeft wel erg veel licht en geeft me inspiratie
voor mijn gedicht. Mijlen ver van mij vandaan en toch te zien, vraag me af, zit er achter elke ster een boodschap
misschien?
Een traan loopt langs mijn linkerwang en huppelt naar
mijn rechter. Glijdt nog een eind zijn traan pad af, valt in mijn mond als in een trechter. Nu ligt hij
ziltig op mijn tong, ik ga hem eten. Het leed waardoor de traan ontstond is dankzij jou vergeten.
Geef mij de zon, zodat ik kan stralen als ik gelukkig ben. Geef mij
de regen zodat ik kan huilen als ik verdrietig ben. Geef mij de wind zodat ik kan tieren als ik kwaad ben, maar
geef me vooral je liefde, zodat ik weet dat je van me houdt.
Wanneer mag je nog huilen, wanneer nog verdrietig
zijn. Zomaar zonder er bij na te denken, omdat je iemand intens mist. Wanneer tolereert men als je zegt op
dit moment alleen te willen zijn, omdat je gevoelens hebt die ontregelt, gekneusd zijn, zonder lijn. Wanneer mag
je weer lachen, wanneer mag je weer uitgaan, zomaar zonder te vergeten dat je liefhad. Wanneer tolereert men dat
vrienden blijven komen, dat je gevoelens hebt omdat jouw bloed blijft stromen.....
Mijn liefde is vervlogen, zachtjes uitgeblust. Geen hand meer op de mijne, geen mond die mij nog kust. Geen
gelach meer in de verte, geen hand meer door mijn haar. Niet meer samen zitten en kijken naar elkaar. Er vallen
nu geen woorden, er is geen ergernis, maar ik weet nu uit ervaring hoe eenzaam, eenzaam is.
Niemand hield zoveel van jou als ik niemand bood je zoveel liefde aan.
Niemand liet jou van het leven ooit meer zien dan ik. Niemand, mijn liefste, zocht ooit jouw liefde met zoveel
liefde. Op een avond zag ik je voor het eerst. Je kwam net als de lente, nooit gedacht. In het licht van
de schijnwerpers werd ik verliefd, jouw liefde was precies zoals ik had verwacht.
Wanneer ik als vogeltje zou bestaan, maakte ik mijn nestje aan jouw vensterraam.
'K zou steeds stiekem naar je gluren, met gevolgen dat m'n hartje te veel moest ver- duren. Bonken, slagen
en aanhoudend harder kloppen, zodanig dat jij me in jouw bed zou stoppen. Maar ik ben gelukkig een volwassen mens,
ja als vogeltje.........dat is mijn grootste wens.
Verdriet. Hoeveel verdriet
kan een mens verdragen? Hoeveel pijn kan een mens nog aan? Dit zijn allemaal van die vragen die regelmatig door
mijn hoofd heengaan. Op een dag is het allemaal voorbij, is er rust. Geen vragen, verdriet en ook geen pijn dat
is dan het lot, waar ik me in berust.
Alleen.
Eenzaam voel ik mij, verdrietig nooit meer blij. Geen
vreugde meer in mijn leven geen vrienden meer aan mijn zij. Ik voel me door hen in de steek gelaten, waarom had
ik niks in de gaten? Eens zal deze duisternis verdwijnen en de zon ook voor mij weer schijnen.
Handen heb je nodig om te geven
van je eigen overvloed. Een hart heb je om te vergeven, wat een ander je misdoet. Ogen heb je om te zoeken,
naar wat mensen nog ontbreekt. En een hart om iets te zeggen, wat een ander moed inspreekt. Schouders heb
je om te dragen, zorg en pijn van alleman. En een hart om te aanvaarden, wat een ander beter kan. Voeten heb
je om te lopen, naar een mens die eenzaam is. Oren heb je om te horen, naar een mens die vrede is. En een
hart om te geloven, dat er slechts 1 liefde is.
|